Els' Wandelverslagen

Verslag van de GR 5, vanaf 2003.

Het is goed te zien dat op grotere hoogte de natuur nog wat achterloopt bij die in de dalen: hier moeten de meeste blaadjes nog uitkomen. Vanuit Aubure moeten we eerst weer een poosje stijgen natuurlijk, naar ruim 1100m, soms geleidelijk, maar ook wel over steile stukken. Vlak voor de Petit Brézouard zien we een vos tussen de bomen rondscharrelen. De Grand Brézouard verderop is het hoogtepunt voor vandaag, 1228m. Elke dag komen we nu hoger dan we ooit op de GR5 gelopen hebben. Overigens valt het in het boekje beschreven panorama nogal tegen: teveel bomen. Vanaf de slechts 12m lagere Petit Brézouard valt meer te zien.

Volgende

Naar boven

Maandag 5 mei 2008

Ribeauvillé - Aubure 12 km

Vorige

Het is meivakantie, Bertus heeft vrij en het weer blijkt mooi genoeg voor een weekje Frankrijk met de tent. Zaterdag zijn we aangekomen en bij Riquewihr op dezelfde camping als vorig jaar beland. Een mooi plekje aan de rand met naast ons een ruisende beek. Het is verrassend druk op de camping; ook Duitsers en Fransen hebben dezer dagen (Hemelvaart, Pinksteren) korte vakanties. Zondag gebruiken we om te acclimatiseren en vandaag staat de eerste GR5-etappe op het programma. Het plan is om de auto op de Col des Bagenelles te zetten en te liften naar Ribeauvillé. Helaas is het zo vroeg nog erg rustig op de col en de paar auto's die de goede kant op gaan, nemen ons niet mee. Na een uur geven we het op, het wordt ook te laat om de geplande 25 km te voet af te leggen. We rijden naar Ribeauvillé (265m), zetten daar de auto neer, nemen een kop koffie en gaan wandelen naar Aubure. Wel een kortere etappe, langer lukt toch niet meer en ook niet zo gek om weer even te wennen. Hoe we terugkomen zien we wel. Het is prachtig weer, stralend zonnig, in het dal zo'n 23°, op de bergtoppen wat frisser. De eerste twee uur gaat het door het bos gestaag omhoog, meest over smalle, vaak stenige paadjes. Prachtig, al het prille groen. Op de Col du Seelacker (inmiddels 500m gestegen) pauzeren we op een weitje, dat vreselijk omgeploegd is door wilde zwijnen. Dan nog eens ruim 250m omhoog naar de Rocher du Koenigsstuhl, een rots die, met veel fantasie, een beetje lijkt op een troon, met 938m ons hoogste punt voor vandaag.

Na nog een stukje over meer rotsen dalen we af naar Aubure (800m). Nu proberen een lift te krijgen. Erg druk is het niet, maar we zien dat er over 3 ½ uur (!) nog een bus gaat naar Ribeauvillé, dus in geval van nood … Vlakbij de bushalte staat een collega-wandelaar bij zijn auto zijn wandelschoenen te verwisselen voor gewone en dan vertrekt hij in de gewenste richting. Gauw onze duim opgestoken en ja hoor, hij komt langs Ribeauvillé en we kunnen mee. Kijk, dat is nou weer boffen. Zo zijn we niet veel later weer bij de auto. Vandaag hebben we genoten van onze wandeling. Morgen maar eens zien hoe het dan gaat.

Hoewel er geen rechtstreekse verbinding tussen beide plaatsen is, lukt het ons toch om met drie lifts in een uur bij ons beginpunt te komen. We beginnen maar weer met koffie op een terras. Het is weer prachtig weer, veel zon, nog iets warmer dan gisteren. We lopen vandaag hoger dan gisteren, minder bos en hebben af en toe de mooiste vergezichten. In de verte liggen nog wat resten sneeuw op de bergtoppen. Als dat nou nog maar niet weggesmolten is als wij daar over een paar dagen gaan lopen!

Dan dalen we af, eerst over een steil, smal paadje, verderop zijn de paden breder. Prachtig is het hier. We bereiken dan de Col des Bagenelles (900m) en dalen via een weiland verder het dal in naar het dorpje Le Bonhomme (690m), verderop over een mooi pad met beneden ons een stromende beek.

De kasteelruïnes van Ribeauvillé.

Rocher du Koenigsstuhl.

Rocher du Tétras.

Bij Aubure: uitzicht op de Vogezentoppen.

Op de Petit-Brézouard.

Vlak voor de Col des Bagenelles.

Zicht op het dal richting Le Bonhomme

Col des Bagenelles.

Afdaling naar Le Bonhomme.